Pagina 34 - Waarop is de onafhankelijkheid en afzonderlijkheid van karaïten gebaseerd
Vraag:
Waarop is de onafhankelijkheid en afzonderlijkheid van karaïten gebaseerd?
Antwoord:
De onafhankelijkheid en afzonderlijkheid van karaïten bestaat uit het volgende:
1. Karaïten sluiten geen gemengde huwelijken met volgers van het talmoedisme, met andere woorden met volgers van andere religies.
2. Het huis van gebed van de karaïten - kenasa - verschilt van de synagoge van talmoedisten, evenals de procedure van karaïtische gebeden verschilt van de gebeden van talmoedisten.
3. Karaïten kunnen vlees met melkprodukten eten, maar dat is strikt verboden voor talmoedisten door hun rabbijnen.
4. Voor talmoedisten is het verboden om voedsel te eten wat door karaïten is bereid.
5. Talmoedisten, in tegenstelling tot karaïten, vieren feesten die niet genoemd worden in de Tenach, zoals Chanoeka of Lag BaOmer.
6. Talmoedisten, in tegenstelling tot karaïten, houden vastendagen die niet genoemd worden in de Tenach, zoals de vastendagen van de 17e Tamuz of de 9e Aw (Tisha Beaw).
7. Karaïten vieren het Wekenfeest - Shawuot - altijd op zondag, omdat geschreven staat: op de dag na de rustdag (Shabbat); talmoedisten vieren het Wekenfeest op verschillende dagen van de week.
8. Karaïten, in tegenstelling tot aanhangers van het talmoedisme, vieren de feesten slechts één dag, meer specifiek alleen op de dag waarop het feest valt, volgens de observatie van de nieuwe maan of volgens vooraf berekende karaïtische kalender.
Talmoedisten vieren sommige feestdagen twee dagen, andere alleen op de door hun rabbijnen vastgestelde dagen. Bijvoorbeeld Passover kan volgens de rabbijnen van de talmoedisten niet vallen op maandag, woensdag of vrijdag.
9. Karaïten begraven de overledenen in kisten, die zijn samengevoegd door spijkers. Dit in tegenstelling tot de aanhangers van het talmoedisme, die volgens het rabbijnse boek Jore dea (Path of Knowledge) - traktaat hilchot kewura, paragraaf 362 (deze paragraaf claimt dat de rug van de overledene de grond moet raken), die hun overledenen niet in kisten begraven, maar hen in het graf leggen met de rug op de grond en het lichaam bedekken met planken aan de zijkant en bovenop.
10. Het bijwonen van ceremonies van talmoedisten zoals tashlich, kaparot, tefillin etc. is ongepast.
11. Bovengenoemde feiten worden zelfs door talmoedisten erkend, bijvoorbeeld de joodse wetenschapper Kljatchko in zijn boek over de interpretatie van de Joodse Wet schrijft op pagina 121: De sekte van Karaïten heeft niets te maken met de aanhangers van talmoedisme.
L.M. Shachraj in zijn boek Geschiedenis van Israel (nr. 4 pag. 27) schrijft: Talmoedisten legden de vloek (cherem) op Karaïten.
Karaïten hebben zich kenbaar gemaakt als nuttig, omdat zij de liefde en het verlangen hebben opgewekt om de Tenach weer te onderwijzen en te studeren, die door talmoedisme op de tweede plaats was geschoven. De wetenschapper erkent dat de Karaïten zich alleen met de Tenach bezighouden en zichzelf daarom Karaïten noemen en ook zo door anderen genoemd worden.